zaterdag 31 oktober 2009
Telecom museum: techniek, nostalgie en enthousiasme
Een museum in Bergpolder? Al sinds 2001 is het ‘Houweling Telecom museum’ in de wijk gevestigd. In een zeer toepasselijk gebouw dat door KPN in bruikleen is gegeven. Het museum wordt gerund door vrijwilligers. Vrijwel allemaal oud-KPN/PTT mannen en vrouwen.
Je kunt iedere dinsdag tussen 9 en 15 uur in het museum terecht. Je kunt zelf ronddwalen en zien wat er allemaal aan telefoontoestellen, centrales tot aan een compleet loket is te zien. Het gaat pas echt leven – letterlijk en figuurlijk – als je een rondleiding volgt, die door de vrijwilligers wordt gegeven.
Frans Campfens, één van de vrijwilligers vertelt vol enthousiasme en trots over telefonie, zijn oude vak. Soms is het behoorlijk technisch, maar ik kon de grote lijn aardig volgen.
Gewoon mooi om naar te kijken!
Links op de foto staat een ‘eindcentrale’ uit Stolwijk. Een gigantische installatie, goed voor 'maar' 300 telefoonnummers. In gebruik van 1948 tot 1975. De techniek staat niet stil: met de huidige bekabeling kunnen 10.000-en telefoonnummers worden bediend. En zoals Frans vertelde: 'tegenwoordig is het zo dat als ik me even omdraai er al weer een ander systeem staat'.
Als Frans een telefoonnummer draait, gaat er vervolgens van alles bewegen, knipperen en hoor je allerlei geluiden. De vrijwilligers zorgen ervoor dat alles weer gaat en blijft werken.
Over Frans Campfens (61): Hij is zijn carrière begonnen als montagemedewerker bij het bouwen van nieuwe openbare centrales. Daarna heeft hij bij de binnendienst als specialist de eerste elektronische centrales onderhouden en is via KPN Mobiel in de transmissiehoek gekomen en geëindigd. Frans is de man die de oude elektromechanische centrales aan de gang houdt en daar ook bezoekers rondleidt.
Een soort 'crashcar': met dit verrijdbare apparaat werden storingen opgezocht en verholpen.
Een bureau zoals het er toen uitgezien kan hebben. Vergis je niet: het is nu in gebruik bij Frans om reparaties aan de apparatuur uit te voeren.
Aat Valk aan het werk.
Over Aat Valk (75): Hij heeft altijd bij de buitendienst gewerkt als monteur huisaansluitingen en huistelefooninstallaties. Aat is conservator van het museum, bestuurslid en één van de vaste rondleiders.
Het is intrigerend om te zien en te horen hoe de telefonie sinds haar oorsprong in 1876 is veranderd. Het museum laat dat zien: prachtige oude toestellen gemaakt van metaal, hout, steen, bakeliet tot aan de ons meer bekende kunststoffen waar de huidige mobieltjes van zijn gemaakt. Dick Onderdelinden (2e van rechts) vertelt erover.
Over Dick Onderdelinden (81): Hij is altijd monteur in de buitendienst geweest en nestor van het museum. Hij is één van de rondleiders die ook echt nog uit het verleden kan vertellen.
Jan Onderdelinden demonstreert de werking van een seinsleutel voor telegrafie aan de vader van Frans Campfens, die op bezoek was.
Over Jan Onderdelinden (87): Jan, broer van Dick, is ook begonnen in de buitendienst maar later overgestapt naar de binnendienst en daar geëindigd als centralechef van de telefooncentrale in Terbregge. Jan is altijd bezig om apparaten weer aan de praat te krijgen.
Het pand heeft nog veel originele details.
Iedere deur had bij de PTT een eigen nummer. Je zult hem maar kwijtraken...
Op de 1e etage geeft Hans Noordhoek een rondleiding bij de tentoonstelling 'Van rooksignaal tot digitaal'.
Over Hans Noordhoek (60): Hij is begonnen bij de Binnendienst als medewerker Telefooncentrales en heeft dat tot 1987 gedaan. Daarna is hij naar de bedrijfsschool gegaan als docent en was vanaf 1992 opleidingcoördinator voor KPN Mobiel. In het museum is hij de trekker van het dagelijks bestuur en, samen met PR-man Co van Schaik, een beetje het gezicht naar buiten.
Kinderen hebben vaak geen idee hoe ze een ‘oud’ telefoontoestel moeten bedienen. De draaischijf blijkt een raadsel. Waar zijn de toetsen of knopjes? Hans doet het voor.
Ik vraag me af of jongeren het nog zeggen: een nummer 'draaien'.
Voor deze jonge bezoeker zien deze telefoontoestellen er tenminste redelijk 'normaal' uit.
Met veel enthousiasme vertelt André Eekhout over de rooksignalen waarmee Indianen communiceerden.
Over André Eekhout (83): André is via zelfstudie van monteur opgeklommen tot Hoofd Kabelnetten. Hij is adviseur in het bestuur en ontwerpt, bouwt en begeleidt onze wisselende tentoonstellingen. Hij is zeer geïnteresseerd in documentatie van en over PTT en telecommunicatie. André geeft ook rondleidingen.
Om een idee te geven hoe telefonie werkt: span een draad strak tussen twee conservenblikken en laat de één in het blik spreken en de ander aan de andere zijde van de draad luisteren. Het werkt echt.
Een origineel loket, helemaal van hout. Met toen al een 'niet roken'-bordje.
Toepasselijk beeld! Grappig genoeg is Joop van Bloois geen vrijwilliger maar een toevallige bezoeker. Joop heeft in zijn beginjaren op de Telefoonwerkplaats gewerkt waar oude telefoontoestellen weer werden opgeknapt. Zijn langste KPN-tijd is hij 'opleider' geweest op de Bedrijfsschool op het Delftseplein. Heel veel PTT-ers hebben van hem het vak geleerd. Duidelijk niet te beroerd om even de telefoon op te nemen.
Een icoon: de bakelieten telefoon.
Een bezoek aan de kelder (onder begeleiding) mag niet ontbreken. Hier zie je de moderne(re) bekabeling.
Is het museum de moeite waard? Absoluut. Het museum heeft een prachtige collectie. Het is leuk om al die bijzondere apparatuur te zien en daarover bij een rondleiding meer te horen. Ik ben geen techneut, maar vond het geweldig om er rond te wandelen en vaak met nostalgische gevoelens naar apparatuur uit mijn jeugd en later te kijken.
Jammer is dat het musem beperkt toegankelijk is. Begrijpelijk want het zijn allen vrijwilligers die hun kostbare tijd in het museum steken. Ik pleit er dan ook graag voor dat het museum een betaalde fulltime kracht krijgt, die dan samen met de vrijwilligers het museum beheert. Wat mij betreft hoef je niet van elk museum iets super professioneels te maken. Maar aan de andere kant verdienen de verzameling en de vrijwilligers die zoveel tijd in het museum steken meer bezoekers en belangstelling!
Voor de website van het museum, klik hier en voor nog meer informatie hier.
vrijdag 23 oktober 2009
60-62: twee hofbogen voor jongerencentrum
Afgelopen woensdag werd '60-62' geopend: een centrum voor jongeren aan de Vijverhofstraat in de Agniesebuurt. Ik ga - met reden - even over de grenzen van Bergpolder heen.
Dit centrum is van de grond gekomen door de inzet van Chris Ripken. Hij heeft Hofbogen B.V., eigenaar van de ruimtes, gevraagd of hij hier met behulp van jongeren een activiteitencentrum voor hen zou mogen maken.
Woningcorporatie PWS, één van de vier participanten in Hofbogen B.V., vond Chris zijn voorstel wel sympathiek. Vervolgens heeft Chris samen met de jongeren en de actieve inzet van bewoner Karel Heij twee hofbogen omgetoverd.
Toespraak en opening door Paul Elleswijk, programma-manager van PWS.
De ruimte bestaat uit twee hofbogen, waar zowel aan cultuur als sport gedaan kan worden. Er hangen al twee bokszakken klaar waar jongeren zich op uit kunnen leven.
Chris Ripken bedankte PWS en Hofbogen B.V. en de jongeren en Karel Heij voor al het werk dat zij gezamenlijk voor het centrum hadden gedaan.
Applaus voor Karel Heij (derde van links).
De boksdemonstratie van één van de jongeren moest natuurlijk wel professioneel zijn. Dus eerst even een warming-up.
Uiteraard kon Chris het niet laten om ook in culturele zin wat te doen. Kinderen konden een kunstwerk maken met stoepkrijt. Richard Scalzo, portefeuillehouder van deelgemeente Noord, deelde na vakkundig jureren de prijzen uit.
Niet alleen een goed initiatief voor de Agniesebuurt maar ook voor Bergpolder. Tenslotte staat er geen ijzeren gordijn om de wijk en kunnen ook andere jongeren hier terecht.
Abonneren op:
Posts (Atom)